Priester Penne
U bent bezoeker 502604

Woord van de Pastoor

Pietje de dood

Een tijd geleden hoorde ik iemand zeggen: “Als Pietje de Dood komt, dan moet je mee”. Degenen die het hoorden, wisten onmiddellijk waarover het ging. Het was eigenlijk lang geleden dat ik die uitdrukking van “Pietje de Dood” nog eens gehoord had. In Nederland hoorde ik wel eens over Magere Hein of de Man met de Zeis…
Als je die begrippen op internet intypt en je zoekt naar afbeeldingen, krijg je heel wat angstaanjagende afbeeldingen.
In de afgelopen tijd hebben heel wat mensen Halloween gevierd en dan zijn er ook heel wat die zich als Pietje de Dood verkleden: in een zwart pak met daarop een skelet gedrukt of een zwarte cape met een zeis. We kennen wellicht allemaal die pakken en die afbeeldingen.

Johan Verminnen heeft een bekend liedje over Pietje de Dood met alle bekende attributen er bij. De tekst is eenvoudig: “Pietje de Dood met zijn knoken vol hoop. Staat aan de rand van, ja, staat aan de rand van de grote stad. Met sikkel en zeis, voor niemand respijt, niemand heeft spijt maait hij door de tijd, een eeuwigheid. Pietje de Dood, en zijn daden benne groot.”

Iemand wees mij er op dat we Pietje de Dood, de Man met de Zeis ook in de Bijbel vinden. Dat was eigenlijk nieuw voor mij.
Ik ging het even opzoeken. In het laatste Bijbelboek, de Openbaring van Johannes, lezen we in hoofdstuk 6 vers 8: “Toen zag ik een vaalgeel paard. De ruiter heette Dood, en Dodenrijk vergezelde hem. Zij kregen toestemming om op een vierde deel van de aarde dood en verderf te zaaien, door middel van het zwaard, hongersnood, dodelijke ziekten en wilde dieren.”
In dit stukje Bijbel wordt ons een beeld geschetst van Pietje de Dood die dus de stervenden achtervolgt.

Pietje de Dood, de Man met de Zeis, kunnen we ook wel vinden in hetzelfde Bijbelboek. Er is daar wel geen sprake van een zeis maar van een ander iets wat gebruikt wordt voor de oogst, een sikkel, de kleinere versie van de zeis dus.
In de Openbaring van Johannes lezen wij in hoofdstuk 14 verzen 14 tot 16: “Toen zag ik dit: een witte wolk, en daarop zat iemand die eruitzag als een mens. Hij had een gouden krans op zijn hoofd en een scherpe sikkel in zijn hand. Uit de tempel kwam een andere engel, die Hem die op de wolk zat met luide stem toeriep: ‘Laat uw sikkel komen om te oogsten. Want de tijd om te oogsten is gekomen; de aarde is meer dan rijp voor de oogst.’ Toen wierp degene die op de wolk zat zijn sikkel op de aarde, en de aarde werd geoogst.”

Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
www.priesterpenne.be


Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.