Priester Penne
U bent bezoeker 502484

Woord van de Pastoor

Begraven of cremeren ?

In Nederland wordt ruim de helft van de overledenen gecremeerd. Regelmatig hoor ik de vraag: “Is de Kerk nog tegen cremeren, zoals vroeger ?” Een antwoord daarop vraagt toch wel wat uitleg.

Vroeger sprak de Kerk zich heel uitdrukkelijk tegen cremeren uit omdat deze in onze streken ruim honderd jaar geleden werd ingevoerd door mensen die niet geloofden in de Verrijzenis. Voor hen was dood, dood en daar paste dan de volledige vernietiging van het lichaam bij door het te verbranden. Vanwege die gedachte sprak de Kerk zich lang uit tegen crematie. In de zestiger jaren van vorige eeuw heeft de Kerk dat verbod opgeheven, zolang er niet gecremeerd wordt uit ongeloof in de verrijzenis.

De Kerk is niet tegen crematie maar ze spreekt wel de voorkeur uit voor begraven. Waarom ? Voorop stelt men dat het lichaam van een overledene met respect en liefde moet behandeld worden vanuit het geloof in en de hoop op de verrijzenis. In de Catechismus staat: “De doden begraven is een werk van lichamelijke barmhartigheid; het is een eerbewijs aan de kinderen Gods, tempels van de heilige Geest”.

Ik wil ook iets opmerken over sommige vooroordelen rond begraven. Mensen zeggen wel eens dat ze niet willen dat hun lichaam zou wegrotten of worden aangevreten door wormen e.d. Dat gebeurt ook niet: een lichaam wordt begraven op een diepte waar geen wormen e.d. meer in de grond zitten en waar ook geen rotting kan plaatsvinden (daarvoor is namelijk contact met de buitenlucht nodig).

Redenen waarom de Kerk de voorkeur geeft aan begraven is dat er op de eerste bladzijden van de Schrift staat dat het lichaam van de mens uit de aarde is genomen en naar de aarde terugkeert. Zoals het lichaam van een mens gedurende 9 maanden in veilige bescherming van de moederschoot gevormd is, zo kan dat lichaam in de beschermende schoot van de aarde weer tot stof vergaan. In het hele Oude Testament lezen we dat de joden hun doden begraven in tegenstelling tot de heidense buurvolkeren. De christenen hebben hun doden altijd begraven naar het voorbeeld van Jezus. Toen Hij gestorven is, hebben ze Zijn Lichaam in een graf neergelegd tot de dag van de Verrijzenis. Zo doen wij dat ook, in geloof aan de verrijzenis. Ter wille van de symboliek – de graankorrel sterft,, dan komt nieuw leven – blijft er onder christenen de voorkeur van begraven.

Enkele jaren geleden hebben de Vlaamse bisschoppen in hun document “Als onze reis ten einde loopt” ook iets geschreven rond crematie. “Sommige families kiezen voor de crematie en de katholieke Kerk heeft daar nu geen bezwaar bij. Ook hier kan een gebed van afscheid gezegd of een gelovig lied beluisterd. Wel drukt de Kerk dan een duidelijke voorkeur uit de as te bewaren en bij te zetten in een urne en niet uit te strooien. Wil men toch voor uitstrooiing kiezen, dan gebeure die best op de strooiweide van dorp of gemeente waar nog familie woont of komt. Veel mensen hebben behoefte om ergens nog bij de overledene te kunnen komen en rouwen en onder christenen bestaat totale vergetelheid niet.” De Kerk vindt het dus heel belangrijk is dat er een duidelijke plaats is waar we voor onze overledenen kunnen bidden en aan hen denken.

Deze gedachten mogen ons eens laten nadenken over een keuze waar we vroeg of laat zullen voor staan. De voorkeur van onze Kerk is duidelijk…

Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne

Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.