Priester Penne
U bent bezoeker 502887

Woord van de Pastoor

Allerzielen

DIT WOORD IN YOUTUBE-VERSIE: https://www.youtube.com/watch?v=JQZ9vpa2n9A

Volgende week is het Allerheiligen en Allerzielen. Beide dagen worden in adem genoemd maar eigenlijk hebben beide dagen hun eigen betekenis. In dit woordje wil ik even stilstaan bij het eigene van Allerzielen.

Op 2 november is het Allerzielen. De Kerk gedenkt en bidt dan voor alle overleden gelovigen. Allerzielen heeft een oude traditie en komt uit de Benedictijnertraditie van Cluny: abt Odilo van Cluny liet het in 998 voor het eerst vieren en later werd het voor de hele Kerk ingevoerd.

Daags voordien, op Allerheiligen, heeft de Kerk de grote menigte gevierd die in de Hemel zijn, die wonen in het Eeuwige Leven en voor eeuwig samen zijn met God.
Op Allerzielen zelf bidt de Kerk voor de zielen van de gelovigen die nog niet in de Hemel zijn, die in het vagevuur zijn. Vraag is natuurlijk: wie is er nog niet voor altijd bij de Heer, wie is er in het vagevuur ? Dat weten we niet precies. De Catechismus van de Katholieke Kerk beschrijft hen als “Zij die sterven in de genade en de vriendschap van God maar nog niet volkomen gelouterd zijn, ondergaan, hoewel ze reeds van hun eeuwig heil verzekerd zijn, na hun dood een loutering ten einde de noodzakelijke heiligheid te verwerven om in de vreugde van de hemel te kunnen binnengaan”. Die zielen die in het vagevuur zijn kunnen we helpen door voor hen te bidden en dat doen we dus bijzonder op Allerzielen. Het is een oud gebruik dat velen gaan bidden op de graven van de overledenen en dan bloemen meenemen. Velen gaan met Allerzielen ook bidden in de kerk en wonen er de Mis bij. De nadruk ligt op Allerzielen dus niet op het nog eens denken aan geliefde medemensen die gestorven zijn maar de nadruk ligt op het bidden voor hun Eeuwige Thuiskomst in het Leven bij God.

Bidden voor de overledenen vinden we al in het Oude Testament. In het twaalfde hoofdstuk van het tweede boek van de Makkabeeën vinden we een verwijzing naar het bidden voor de overledenen. In de verzen 40 tot 44 wordt ons verteld dat men “onder de kleren van al de gevallenen amuletten ontdekte van de afgoden van Jamnia, dingen dus die de joden volgens de wet niet mogen bezitten”. Er is dan sprake dat Judas Makkabeeus onder zijn soldaten een inzameling houdt die tweeduizend drachmen zilver opbracht. En dan staat er: “Hij zond dat geld naar Jeruzalem voor een zondeoffer. Dat was een mooie en edele daad, ingegeven door de gedachte aan de verrijzenis. Want als hij niet gehoopt had, dat de gevallenen zouden verrijzen, dan was het nutteloos en dwaas geweest voor de overledenen te bidden”.

Wij kunnen dus ook na het sterven van onze dierbaren nog iets betekenen voor hen en dat doen we bijzonder op Allerzielen. De Catechismus zegt ons: “Vanaf de eerste tijden heeft de kerk de nagedachtenis van de overledenen geëerd door voor hen voorbeden te verrichten en vooral door voor hen het offer van de eucharistie op te dragen, opdat zij na gelouterd te zijn kunnen komen tot de gelukzalige aanschouwing van God. De kerk beveelt ook aalmoezen, aflaten en werken van boetvaardigheid aan ten gunste van de overledenen”.

Bidden we met de woorden van de Kerk op Allerzielen:
Heer, door uw Zoon die opgestaan is uit de doden, heeft ons geloof zijn levenskracht ontvangen. Verhoor genadig ons gebed, bevestig ons in de hoop dat ook uw dienaren de verrijzenis wacht. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen.
Amen.

Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
www.priesterpenne.be


PLATINA HUWELIJK: https://www.hln.be/in-de-buurt/holsbeek/platina-huwelijksjubileum-voor-maurice-en-wiske~a8c0ca19/


Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.