Onlangs vierden we de 125ste verjaardag van de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes, aan de Begijnhofstraat in Tollembeek. Zie: http://www.hln.be/regio/nieuws-uit-galmaarden/kapel-bestaat-125-jaar-a2321927/ Aan de bouw van die kapel zit een apart verhaal. Het echtpaar dat de kapel bouwde kreeg een dochtertje. Het kind werd op jonge leeftijd zwaar ziek. De ouders beloofden een kapel te bouwen als hun dochter zou mogen genezen. Het meisje genas niet, ze overleed op vijftienjarige leeftijd. Toch bouwde het echtpaar na het overlijden van hun dochter nog de beloofde kapel om God en de Hemel te danken voor hun dochter. Toen ik dat verhaal bij het jubileum vertelde, merkten sommigen op dat zij in hun plaats die kapel zeker niet meer zouden gebouwd hebben, hun dochter was toch niet genezen ? Toch bouwden die diepgelovige mensen 125 jaar geleden de kapel uit dankbaarheid dat ze hun dochter hadden gekregen, dat ze hun dochter 15 jaar in hun leven mochten hebben en natuurlijk ook in het verrijzenisgeloof dat ze met hun overleden dochter verbonden bleven, in liefde en gebed. Verhalen in die trant hoor ik eigenlijk regelmatig. Onlangs vertelde een weduwnaar mij dat hij zoveel pijn had om de dood van zijn vrouw maar hij was zo intens dankbaar dat hij haar als vrouw had gekregen; omdat het zo goed was geweest, deed het zo’n pijn. Onlangs was ik bij een rouwende familie om de begrafenis te regelen van hun hoogbejaarde moeder. Doorheen de rouw spraken ze hun dankbaarheid uit dat ze zo een goede moeder hadden gekregen, ook al komt het afscheid van een dierbare altijd te vroeg: men begraaft geen leeftijd maar een dierbare.
Die verhalen over dankbare mensen van vroeger en nu mogen ons eens de vraag stellen hoe het met onze dankbaarheid zit. In onze gebeden vragen wij zoveel maar spreken wij ook onze dankbaarheid uit naar God ? Ik moet dan denken aan het Lucasevangelie hoofdstuk 17, 14-19. Tien melaatsen komen naar Jezus toe. Jezus geneest hen. Zoals de wet het voorschrijft moeten ze aan de priesters gaan laten zien dat ze genezen zijn en weer tot het gewone leven kunnen toegelaten worden. Dat doen ze maar slechts één van de tien – dan nog een vreemdeling – vindt het de moeite waard om Jezus te komen bedanken. Jezus is er ontgoocheld in: “Zijn niet alle tien gereinigd ? Waar zijn dan de negen anderen ? Is er niemand teruggekeerd om aan God eer te brengen dan alleen deze vreemdeling ?”
Zoals het een kind moet geleerd worden om “dank u” te zeggen wanneer het iets krijgt, zo moeten wij het als christenen ook leren. Ouders hebben er soms heel wat werk mee om hun kind “dank u” te leren zeggen, om te leren dat alles wat ze krijgen niet zo vanzelfsprekend is. Zoals een kind leert dat het niet alleen “dank u” moet zeggen als het een cadeautje krijgt dat het wilde of leuk vond maar bij elk geschenk wat men krijgt, zo moeten wij het ook leren als gelovigen “dank u” te zeggen naar God. Dankbare mensen zijn naar God en naar elkaar, het zal een opdracht zijn voor ons hele leven tot we eens bij de Heer dank kunnen zeggen dat Hij ons heeft opgenomen in zijn Eeuwigheid.
Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
GOUDEN SINT-ROMBOUTSKRUIS VOOR ROSINE (HET LAATSTE NIEUWS): http://www.hln.be/regio/nieuws-uit-galmaarden/gouden-sint-romboutskruis-voor-rosine-a2339456/
VEEL VOLK BIJ MISSEN IN KAPELLEN BEVER: http://www.editiepajot.be/regios/4/articles/43397
PRACHTIGE WIJDING VAN 3 NIEUWE PRIESTERS IN DEN BOSCH, FOTO’S: http://www.sint-janscentrum.nl/?p=newsitem&id=634&t=Fotos+van+de+priesterwijding
Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.