In de afgelopen tijd maakte ik het bij doopgesprekken een paar keer mee dat ouders tot de conclusie kwamen dat ze eigenlijk een verkeerde peter of meter hadden gekozen. Pas dan werd het duidelijk dat het peter- en meterschap iets anders is dan heel lief zijn voor het kindje en af en toe grote cadeaus brengen, iets anders dan het kind opvangen mocht de ouders iets overkomen, iets anders dan knuffeloom en -tante zijn. Ik denk dat het goed is om er even bij stil te staan wat de taak van een peter of meter is.
Peter en meter zijn is een oud iets. In de eerste tijd van de Kerk werden vooral volwassenen gedoopt. Ze werden lang voorbereid op het doopsel. In de paasnacht werd men gedoopt en dan was er altijd een andere christen – een peter of meter - bij op wie men een beroep kon doen als men nog vragen had over het christelijk geloof. Dat is nog steeds de taak van een peter of meter, zo zegt ons ook het Kerkelijk Wetboek Can. 872: “Voor zover het kan, dient aan de dopeling een peetouder gegeven te worden, aan wie het toekomt de volwassen dopeling in de christelijke initiatie bij te staan en, als de dopeling een kind is, hem samen met de ouders ten doop te houden, en eveneens mee te helpen opdat de dopeling een christelijk leven leidt in overeenstemming met zijn doopsel en de verplichtingen die eraan verbonden zijn getrouw vervult”.
Een peter of meter is dus zelf een praktiserende christen, een rooms-katholiek. Logisch want anders kun je natuurlijk de andere niet begeleiden in het christendom en lid van de Kerk worden. De Kerk vraagt uitdrukkelijk dat iemand die peter of meter wordt, zelf gedoopt is, de eerste communie heeft gedaan en gevormd is: “moet deze katholiek zijn, gevormd en het allerheiligste sacrament van de Eucharistie reeds ontvangen hebben, en een leven leiden dat in overeenstemming is met het geloof en met de op te nemen taak” (Can. 874,3) In de doopplechtigheid spreken peter en meter uit dat ze namens de Kerk de ouders zullen steunen en helpen dat de dopeling groeit in het christen-zijn. In de doopplechtigheid vernieuwen peter en meter samen met de ouders hun doopbeloften, bevestigen ze opnieuw dat ze kiezen voor God en het goede en afzien van alle kwaad en spreken ze hun geloof uit in Jezus Christus, het geloof van de Kerk, waarin het kind gedoopt wordt. Een tijd geleden kwamen ouders tot de conclusie dat hun gekozen peter een moslim was; toen de man vernam wat het peter zijn eigenlijk inhield, heeft hij zelf gekozen het niet te doen, ook omdat hij de dingen die van hem gevraagd werden in de doopplechtigheid niet van harte kon uitspreken. Ook een grootmoeder trok zich een tijdje geleden terug als meter omdat ze zich had laten uitschrijven uit de Kerk.
Toen de families groot waren, was er een ruime keuze aan peters en meters. Nu de gezinnen en families klein zijn, en dikwijls ook bij gebrek aan christenen, komt regelmatig de vraag of alleen 1 peter of meter volstaat ? De Kerk zegt daarover: “Er dient slechts één peter of één meter genomen te worden, of ook een peter en een meter samen”. (Can. 873)
Regelmatig komt ook de vraag hoe oud een peter of meter moet zijn. De Kerk zegt daarover dat “deze het zestiende levensjaar moet voltooid hebben” (Can. 874,2), tenzij de bisschop een andere leeftijd heeft vastgesteld of “de pastoor of bedienaar om een goede reden een uitzondering toelaatbaar acht”.
Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
TERUGBLIK OP DOPELINGENVIERING GALMAARDEN: http://www.hln.be/regio/nieuws-uit-galmaarden/lichtmisviering-voor-jonggedoopten-a2209507/
Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.