Priester Penne
U bent bezoeker 501202

Woord van de Pastoor

Naam

Sinds begin juni is het in België niet meer vanzelfsprekend dat een kind automatisch de familienaam van de vader krijgt. Sinds juni kunnen ouders kiezen voor de naam van de vader, de naam van de moeder of een combinatie vader-moeder of moeder-vader. Er zijn hevige voorstanders maar ook hevige tegenstanders van deze mogelijkheden. Ouders hebben de keuze nu en volgens cijfers zou slechts vier procent afwijken van het klassieke gebruik.


Vorige week heb ik hier in Tollembeek het eerste kindje gedoopt met een dubbele familienaam. Zie: http://www.hln.be/regio/nieuws-uit-galmaarden/eerste-kindje-met-twee-familienamen-gedoopt-a2050498/ Ook de pers was er bij om een verslagje te maken van deze bijzondere gebeurtenis. Omdat beide ouders de laatsten zijn die hun familienaam kunnen doorgeven, hebben ze allebei hun naam aan hun kind doorgegeven. Zie: http://www.editiepajot.be/regios/6/articles/39420


 


We hebben allemaal een naam, een of meerdere voornamen en nu dus een of meerdere familienamen. Een naam hebben is heel belangrijk, ook bij God en in de Kerk. We staan er misschien niet direct bij stil maar het eerste wat de Kerk vraagt wanneer ouders hun kind naar de kerk brengen om het te laten dopen is: “Welke naam hebt u aan uw kind gegeven ?”. Ouders noemen dan de voornaam van hun kind. In de Catechismus lezen we: “In het doopsel heiligt de naam van de Heer de mens, en als christen ontvangt hij in de kerkgemeenschap zijn naam” (CKK 2156) Oudere mensen herinneren zich nog dat er vroeger soms moeilijk werd gedaan zowel bij de Burgerlijke Stand als door de Kerk wanneer een naam niet kon teruggebracht worden op een heilige. Het is een oud gebruik geweest bij christenen om hun kinderen namen van heiligen te geven. Daar zat een mooi gebaar in: die heilige werd als voorbeeld gegeven maar men vertrouwde het kind ook toe aan de voorspraak van de heilige bij de Heer. Meestal ga ik voor de doopplechtigheid even op zoek naar de heiligen van wie de naam van de dopeling een afleiding is. Soms moet ik lang zoeken, soms vind ik het helemaal niet. Het Kerkelijk Wetboek zegt ook vandaag nog: “Ouders, peetouders en pastoor dienen ervoor te zorgen dat geen naam gegeven wordt die aan het christelijk gevoel vreemd is” (CIC 855). Het spreekt voor zich dat men aan een kind niet de naam Satan, Lucifer of Boeddha gaat geven. Bij het toedienen worden twee namen genoemd: de naam van de dopeling en de naam van God die is Vader, Zoon en heilige Geest.


 


Een heel mooie zin uit de Bijbel over onze naam vinden we in Jesaja 43,1 waar God zegt: “Wees niet bang, want Ik zal je vrijkopen, Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij”. In Johannes 10,3 zegt Jezus: “De schapen luisteren naar zijn stem, hij roept zijn eigen schapen bij hun naam en leidt ze naar buiten”. De Catechismus van de Katholieke Kerk leert ons: “God noemt iedereen bij zijn naam. De naam van elke mens is heilig. De naam is de icoon (de afbeelding) van de persoon. Hij vraagt om eerbiediging als teken van de waardigheid van degene die hem draagt. De naam die men gekregen heeft, raakt ook de eeuwigheid. In het komende rijk zal het mysterievolle en unieke karakter van elke persoon, getekend met de naam van God, in volle glans oplichten”. (CKK 2158-2159)


 


We mogen er eens over nadenken. Waarom hebben mijn ouders mij de naam gegeven die ik draag ? Ken ik de betekenis van mijn naam ? Weet ik op welke heilige mijn naam teruggaat ? Leef ik helemaal uit de zekerheid dat God ook mij bij de naam roept en een groot plan met mij heeft ?


 


Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.


Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.