Een parochiaan mailde mij deze week een mooi verhaal wat ik enkele jaren geleden ook al eens gekregen had. Toch vond ik het mooi om nog eens te delen omdat de diepe boodschap altijd actueel zal blijven. Hier het verhaal.
Een boer had enkele hondjes die hij nog moest verkopen. Hij schilderde een advertentie op een bord met : 4 puppies te koop en zette dit aan het begin van zijn erf aan de kant. Net toen hij de laatste spijker in het bord sloeg werd hij aan zijn overall getrokken. Hij keek naar beneden in de ogen van een kleine jongen. « Meneer », zei de jongen, « ik wil één van de puppies kopen ! » « Wel », zei de boer, terwijl hij met zijn hand in zijn nek wreef, « deze puppies hebben heel goede ouders en kosten aardig wat geld. » De jongen liet even zijn hoofd hangen. Toen reikte hij diep in zijn broekzak, haalde een handvol kleingeld voor de dag en liet het aan de boer zien. « Ik heb 39 cent, is dat genoeg om te kijken ? » « Zeker », zei de boer en hij floot een deuntje. « Dolly », riep hij. Uit het hondenhok en over het erf rende Dolly naar de boer toe, gevolgd door vier kleine bolletjes wol. De kleine jongen drukte zijn gezicht tegen het hek. Zijn ogen straalden van verrukking. Terwijl de honden naar het hek kwamen rennen, zag de jongen nog iets bewegen in het hondenhok. Langzaam verscheen er nog een bolletje wol, maar deze was zichtbaar kleiner dan de andere hondjes. Op zijn achterpootjes gleed het bolletje het hok uit en op een wat onhandige wijze begon het hondje vooruit naar het hek te hobbelen, terwijl het zijn best deed de andere hondjes bij te houden.
« Ik wil die hebben », zei het kleine jongetje, terwijl hij naar de waggelende hond wees. De boer knielde naast het jongetje neer en zei : « jongen, je wilt dat hondje echt niet. Het is niet in staat om te rennen of te spelen, zoals de andere hondjes kunnen. »
Toen deed de jongen een stap naar achteren, bukte zich en begon een broekspijp op te rollen. Terwijl hij dit deed, werd een stalen beugel zichtbaar aan beide zijden van zijn beentje, die vastgemaakt zaten aan zijn speciaal gemaakte schoentje. De boer aankijkend zei hij : « Weet u meneer, ik kan zelf ook niet zo goed rennen en hij heeft iemand nodig die hem begrijpt. »
Met tranen in zijn ogen boog de boer voorover en pakte de kleine puppy op. Hij hield het heel voorzichtig vast toen hij de puppy overhandigde aan de jongen. « Hoeveel kost het ? » vroeg de jongen. « Niets, het is gratis », zei de boer. « Er is geen prijs voor liefde ! ».
Het hele evangelie door lezen wij dat Jezus aandacht had voor de zieken, de armen, de kleinen. Wanneer in het veertiende hoofdstuk van het Lucasevangelie heel wat mensen met alle mogelijke argumenten de uitnodiging van de Heer afgezegd hebben, stuurt de Heer Zijn dienaar erop uit en zegt hem : « Ga dan de wegen en het land op en dwing hen binnen te komen, zodat mijn huis vol raakt.” (Lucas 14,23). De Kerk zal altijd voor hen moeten opkomen, van de moederschoot tot het sterfbed. Daar kan ze niet genoeg Haar stem laten horen. Ook van elk van ons vraagt de Heer dat !
Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.