Ook al zijn we Kerstmis voorbij, toch wil ik een verhaal delen wat ik in de kerstdagen gemaild kreeg. Het geeft een van de belangrijkste punten van ons geloof weer zodat dit verhaal de kersttijd overstijgt. Het probeert de menswording wat begrijpelijk te maken, in zoverre dat mysterie natuurlijk begrijpelijk te maken is…
“Er was eens een man. Hij was een goede vader en echtgenoot, leefde wel niet voor zichzelf, maar het geloof zat ook niet zó diep. Van al dat gedoe rond Kerstmis moest hij niet veel hebben. “God is mens geworden? Wat een onzin!” En zo kijkt hij op Kerstavond, vrouw en kinderen zijn naar de kerk, naar buiten. De koude oostenwind zwiept steeds grotere vlokken sneeuw tegen het huis. Juist als hij zich omdraait, hoort hij een doffe bons. Buiten spartelt een groepje vogels in de sneeuw, ze proberen zich te herstellen van de klap tegen het raam. “Die arme beestjes zullen nog doodgaan van de kou”, zei hij bezorgd. Hij loopt naar de schuur achter het huis, doet het licht aan en zet de deuren wijd open. Maar de ‘beestjes’ durven niet. “Ik haal wat brood!”, besloot de man. Spoedig loopt een spoor van kruimels richting schuur, maar de vogels houden hun veilige afstand. De man lokt, fluit, roept, nadert van achteren, maar ze fladderen alle kanten op behalve in de richting van de warme, veilige schuur. “Ze vinden mij maar een vreemd, angstaanjagend wezen. Hoe kan ik hun laten zien dat ze mij kunnen vertrouwen? Ach, kon ik maar een paar minuten een vogel zijn, misschien kon ik ze dan veilig naar binnen leiden.” Plots beginnen ergens in de verte klokken te luiden. De man staat stil, luistert, en hoort hoe zij roepen in de nacht. Dan valt hij op de knieën in de sneeuw en fluistert: “Nu begrijp ik het, nu snap ik waarom U, Heer, dit moest doen. Waarom U mens bent geworden…”
God is mens geworden, dat hebben we met Kerstmis gevierd. Daar denken we niet alleen aan met Kerstmis maar elke dag weer opnieuw mogen we daar aan denken. God heeft ons niet aan ons lot overgelaten maar in de menswording van Zijn Zoon heeft God laten zien hoeveel Hij van de mensen houdt.
Elke middag om 12 uur luidt de klok van de kerk in Bever en Tollembeek. Vele kerken in de wereld doen dat. Op veel plaatsen luidt men de klok ook om zes uur ’s morgens en om zes uur ’s avonds. Sommigen weten dat bij dat luiden een gebed hoort, het Angelusgebed. Dat luiden van die klok wil de gelovigen de mensenwording in herinnering brengen. Het is een heel Bijbels gebed, met drie zinnen uit het evangelie, waarna men ook telkens een Weesgegroet bidt. Misschien mag dit woord de aanleiding zijn om ook voor dit gebed eens aandacht te hebben wanneer we de klok horen luiden en herinnerd worden aan hoe God ons liefheeft. “De Engel des Heren heeft aan Maria geboodschapt; en zij heeft ontvangen van de Heilige Geest. Zie de dienstmaagd des Heren mij geschiede naar uw woord. En het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond”.
Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne.
Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.