Deze week bezocht ik in het ziekenhuis Sjack. Sjack is de negentig voorbij. Bij dat ziekenbezoek mocht ik beluisteren wat hij allemaal heeft gedaan voor de Kerk en de parochie. Sjack is ook de laatste suisse van Bergeijk. Wellicht weten de meeste mensen niet meer wat een suisse is. Ik heb er zelf ook maar ooit één gezien en gekend: in het Oostvlaamse Denderhoutem was Jef tot ongeveer tien jaar geleden suisse. Ik zou de jongeren die dit woord lezen eens willen vragen aan hun grootouders te vragen of ze nog weten wat een suisse was. De officiële benaming voor de suisse is “kerkbaljuwâ€? maar ik denk dat niemand dat woord kent. De suisse was een ordebewaker in de kerk. Hij bewaakte de orde in de kerk, had daar een apart pak voor met een steekhoed en een band waarop stond “Eerbied in Gods Huisâ€? en hij had een hellebaard in de hand. Hier kun je een foto zien: http://nl.wikipedia.org/wiki/Kerkbaljuw Men zegt wel eens dat sommige mensen zich niet weten te gedragen in de kerk, ze zitten tijdens de eredienst te praten en soms te sms-en. Misschien is het de reden dat op enkele plaatsen toch opnieuw een suisse te zien is. Oudere mensen zeggen me dan: “Vroeger was het veel beterâ€?. Toen ik deze week daar met Sjack over praatte, hoorde ik toch andere verhalen. Toen ik hem vroeg waarom vroeger zo een kerkbewaker nodig was, vertelde hij mij dat er achterin de kerk gekaart werd door kerkgangers. Daar ging hij dan maar tussenstaan. Iedere leeftijdsgroep moest zijn eigen aanpak hebben. De vele kinderen in de kerk moesten soms ook even tot stilte gemaand worden. En de jongeren hadden ook hun eigen aanpak nodig, dat moest je voorzichtig aanpakken want daar kreeg je anders een weerwoord van, volgens onze oude suisse. Blijkbaar was er de druk dat men naar de kerk moest maar voor een aantal mensen was het ook toen niet heel duidelijk wat daar echt te beleven was. We moeten zeker niet veralgemenen maar wellicht zijn die kaarters de eersten die thuisgebleven zijn toen de sociale druk om naar de kerk te gaan wat weg viel… Dat hele verhaal mag ons er eens bij laten stilstaan of wij ons altijd voldoende bewust zijn van Gods Aanwezigheid in onze kerkgebouwen. Ik moet denken aan het mooie verhaal uit het derde hoofdstuk van het boek Exodus waar Mozes komt bij de brandende braamstruik. We lezen daar dat God spreekt uit die brandende braamstruik: “‘Mozes! Mozes!’ ‘Ik luister,’ antwoordde Mozes. ‘Kom niet dichterbij,’ waarschuwde de HEER, ‘en trek je sandalen uit, want de grond waarop je staat, is heilig. Ik ben de God van je vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.’ Mozes bedekte zijn gezicht, want hij durfde niet naar God te kijken.â€? Ben ik mij bewust van de werkelijke tegenwoordigheid van de Heer in het Tabernakel wanneer ik in een kerkgebouw kom en nodigt mij dat uit tot gebed, tot bij Hem zijn en met Hem spreken van hart tot Hart ? Gods Zegen, uw priester en pastoor A. Penne. U BENT WELKOM… U bent welkom in de afscheidsviering van Pastoor Penne als pastoor van de Pastorale Eenheid Bergeijk op zondag 31 juli om 10.30 uur in de Sint-Martinuskerk te Luyksgestel, daarna is er receptie. U bent welkom in de presentatieviering van Pastoor Penne als herder van Bever op zaterdag 6 augustus om 19 uur in de Sint-Martinuskerk te Bever, daarna is er receptie. U bent welkom in de presentatieviering van Pastoor Penne als herder van Galmaarden en Tollembeek op zondag 7 augustus om 9.15 uur in de Sint-Martinuskerk te Tollembeek, daarna is er receptie.
Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.