Priester Penne
U bent bezoeker 502497

Woord van de Pastoor

Vakantie

Wie deze zomer op de Vlaamse autowegen rijdt, zal de borden zien van de Vlaamse overheid van de nieuwe campagne “Wat is uw excuus”. Dit jaar wil men automobilisten aanzetten om, wanneer men langer dan dertig seconden stil staat de motor uit te schakelen want zo beperk je het verbruik van brandstof en de uitstoot van koolstofdioxide en zo vermindert ook de geluidsoverlast in het verkeer. Mensen verzinnen veel excuses om dat niet te doen, enkele van die excuses zien we op die borden. “U zet uw motor nooit af want…hij maakt zo’n mooi geluid/U hebt een oliebron ?/U houdt niet van stilte”. Op de website www.watisuwexcuus.be vindt men meer excuses van mensen waarom ze hun motor eigenlijk niet willen afzetten. Zelf vind ik de leukste excuses: “U bent geen afzetter/ik wil snel vertrekken/u wilt de aarde opwarmen/u mediteert op het geronk/uw hart stopt ook niet als u stilstaat/uw schoonmoeder is nooit ver weg/u wil carjackers een eerlijke kans geven”.

De vakantietijd nodigt ons ook uit om de motor met het vele lawaai en de drukte van het jaar eens af te zetten, het leven wat rustiger te leven en eens na te denken over de grote lijnen van ons leven. Misschien kunnen we in de vakantie ook nog wel excuses bedenken om door te gaan en daar aan voorbij te gaan…Ik zou de lezers van dit stukje toch een vraag willen meegeven. Durf je eens in deze vakantietijd de vraag te stellen: wie is God voor mij ? God gaat sinds ons Doopsel met ons mee maar door de drukte van het leven kunnen we van Hem vervreemden, kunnen we soms niet meer zien dat Hij ons vergezelt.

Daarbij wil ik een mooi getuigenis meegeven wat ik eens van een kloosterzuster las: “Voor mij is God iemand die zich altijd om mij bekommert. De ideale liefdevolle vader. Ik voel dat in elk geval. Een gek voorbeeld misschien: ik heb eens gelezen over een huis dat in brand stond. Er was een jongetje achtergebleven op de derde verdieping maar niemand kon daar nog geraken. Overal vuur en enorm veel rook. Die vader stond beneden en riep naar de jongen: spring, ik zal u opvangen. En die kleine zei: papa, ik zie u niet. Jammer, zei die vader, spring maar, ik zal u opvangen. En die kleine sprong, had vertrouwen dat zijn vader daar stond en die ving hem op. En dat is voor mij God. Ik zie Hem niet, maar Hij is er, dat weet ik heel zeker.”

Het antwoord op de vraag wie God voor mij is, zal mij sterker maken om de drukte van het nieuwe werkjaar weer aan te kunnen. We zullen Hem meer ervaren en Zijn Nabijheid voelen.

Voor allen een prettige en deugddoende vakantie met Gods Zegen.

Uw priester en pastoor A. Penne.

(Het volgende wekelijkse woord komt begin augustus)

Wilt u het Woord van de Pastoor voortaan in uw mailbox ontvangen? Klik hier.