Home
Nieuws
Woord v.d. Pastoor
Priester Penne
Opname in de kerk
Dopen
Communie
Vormsel
Huwelijk
Jubilea
Uitvaart
Boete & verzoening
Ziek zijn
Maria
Links
Contactinformatie

Priester Penne

U bent bezoeker 400714 .

Woord van de Pastoor

Het geloof van een keeper

De meesten van ons kennen zeker de beste Belgische keeper ooit, Jean-Marie Pfaff. Hij stopte al een tijd met voetballen maar hij blijft een bekende Vlaming. Ook omdat er over het gezin Pfaff een realitysoap is op de Vlaamse zender VTM en de Nederlandse zenders RTL4 en RTL7. Nu komt er ook een autobiografie uit, verschenen bij uitgeverij House of Knowledge: Overleven. Daarin spreekt Jean-Marie enkele keren over zijn geloof. Het is de moeite waard om bij die aangehaalde geloofsgedachten even stil te staan.

Zijn ouders en God liggen voor hem niet ver uit elkaar. Hij prijst zich gelukkig als hij terugblikt op zijn leven. “Dan dank ik mijn ouders, God, mijn vrouw Carmen…” en dan volgt nog een heel rijtje namen. Is dat voor ons ook zo geweest ? Ook al hadden sommige mensen niet zo een warme thuissituatie, toch zullen de meesten in de liefde en de zorgen van hun ouders iets van Gods Liefde en Zorg voor ons herkennen. Als de ex-keeper zijn vrouw en een aantal dierbaren opnoemt en ze met God in verband brengt, dan mag dat ook voor elk van ons zijn. God heeft mensen op onze levensweg gezet. Iedere mens op onze weg mag een vraag zijn: wat wil God me langs deze medemens zeggen, vragen en leren ?

Jean-Marie zegt: ,,Ik was en ben nog altijd zeer gelovig. Vooral na de dood van mijn vader begon ik me steeds meer te richten tot God. Ik kwam tot rust op die manier, ik kon discussies voeren die niemand hoorde en voelde me altijd gesterkt door een aanwezigheid.’’ Het sterven van dierbaren kan ons door elkaar schudden, kan ons geloof in een goede en liefdevolle God aan het wankelen brengen. Durf ik te geloven dat onze overledenen dicht bij ons blijven, van bij God. Durf ik te geloven dat zij die dicht bij God zijn, ook dicht bij ons zijn ?

Over zijn tijd als keeper bij Beveren schrijft hij: ,,Ik ging elke week naar de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Beveren, recht tegenover de Katholieke Kring. Niet omdat iemand me verplichtte maar omdat ik dat zelf wilde. Sinds het heengaan van mijn vader zocht ik een nieuwe vader, iemand die me hielp bij het nemen van een beslissing. Ik bad tot Onze-Lieve-Heer, maar misschien was ik evengoed tegen mijn eigen vader aan het praten. Die was ook altijd bij mij.’’ Hoe is het met ons bidden ? Durf ik te geloven dat er Iemand is die er altijd voor me is, die altijd van me blijft houden en me nooit laat vallen, bij Wie ik altijd terecht kan ? En spreek ik ook met Hem over de dingen in mijn hart ?

Hij heeft het over ’God’ als hogere macht op de achtergrond, die invloed op zijn leven uitoefent. God zorgt in zijn ogen bijvoorbeeld voor een beloning op zijn tijd. De keeper had eens in een bus zijn plaats afgestaan aan een oudere man. ,,Ik ben er zeker van dat God me voor die goede daad beloond heeft, want nauwelijks enkele dagen later werd ik tot beste keeper van het Zilveren Bottertoernooi uitgeroepen.’’ Durf ik te geloven dat wat ik nu doe – ook het kleine - waarde heeft voor God en de Eeuwigheid ?

Deze gedachten uit misschien onverwachte hoek mogen ons helpen op onze weg naar Pasen.

Gods Zegen, uw priester en pastoor Andy Penne.
www.rk-bergeijk.nl